Onder de wol, 't hartje zo vol Ligt snikkend kleine Jantje Moesje is boos en rusteloos Woelt hij in 't ledikantje Handjes zijn vuil, hij groef een kuil En de tuinman die heeft hem beknord Dat mocht Jantje niet doen En ze gaf hem geen zoen Nu ziet hij als hij slaperig wordt
Tien kleine vuile vingers Aan twee handjes zwart als roet Tien kleine vuile vingers Waarmee hij veel ondeugends doet Twee grote dikke tranen Bigg'len langs zijn wangen neer En hij fluistert zachtjes, half in slaap Mammie, Jantje doet het nooit weer
Ook moeder droomt, zij ziet beschroomd Aan d'hemelpoort klein Jantje Stil blijft hij staan, dan klopt hij aan Met kleine vuile handjes D'engel die 't hoort, opent de poort En zegt: "Jantje kom binnen, mijn kind Zijn je handjes ook zwart, blank als sneeuw is je hart" Dan ontwaakt moeder plots'ling en vindt
Tien kleine vuile vingers Aan twee handjes zwart als roet Tien kleine vuile vingers Waarmee hij veel ondeugends doet Twee grote dikke tranen Bigg'len langs zijn wangen neer En hij fluistert zachtjes, half in slaap Mammie, Jantje doet het nooit weer