refr.:
Violen klinken door de nacht
't Verdriet wil hij aan ieder laten horen
Muziek die de pijn verzacht
Maar tranen blinken in zijn ogen
De vrouw die hij zo aanbad
Heeft hij vandaag voorgoed verloren
Violen klinken door de nacht
Want hij heeft nu zijn groot geluk verloren

Z'n donkere ogen die keken mij aan
Z'n gitzwarte haar in de wind
Hij kon niet vertellen dat hij haar aanbad
De vrouw die hij eens had bemind
Hij zocht nu als troost de eenzaamheid op
Met luid zijn muziek en verdriet
Hij speelde nog eenmaal haar lievelingslied
Voor haar waar hij zoveel van hield

refr.

(De Kind)