Wanneer je je brood in de havens verdiend In loodsen, op schepen en kade Dan heb je te maken met allerlei goed Dat in Rotterdam wordt verladen Uit Ecuador koffie, uit Canada schroot En kopra of rijst uit Vietnam Dan denk je wel eens: De wereld is groot Maar toch is 'r maar een Rotterdam
refr.: Rotterdam, Rotterdam Zomermiddag in 't gras Aan de Kralingseplas Dat ben jij, Rotterdam Rotterdam, Rotterdam Of met moeder de vrouw In de Lijnbaan op sjouw Dat ben jij, Rotterdam Rotterdam, Rotterdam Als j'als kind mocht ravotten Langs Maas en langs Rotte Dan brandt 'r diep in je een vlam Die je steeds doet verlangen Naar Crooswijk of Spangen Of waar vandaan je dan ook kwam Je zult nergens zo thuis zijn Als rondom 't Kruisplein In 't hartje van ons Rotterdam
Na een heel zware nacht in de kunstmest of 't graan En zwart van 't erts en de kolen Dan kunnen die havens, met heel dat gedoe Je allemaal worden gestolen En heb je dan ook in je klos-weekend pech Omdat net die boot binnen kwam Dan vloek je wel maar toch wil je niet weg Van die havens en van Rotterdam