Ze heeft zijn eten klaar En in de ijskast heeft ze bier Want ze weet: het is niet waar Straks is hij hier
En naast zijn bord legt ze de krant Dan kan hij zo beginnen Want er is niets aan de hand Straks komt hij binnen
Ze zet de televisie aan Dan kan hij kijken bij het eten Ze kijkt zelf niet naar het nieuws, nee Ze wil er niets van weten
En buiten op straat hoort ze kinderen spelen Een hond blaft en een fietsbel belt Allemaal bewijzen van hetzelfde voor haar Het is niet waar, het is niet waar, het is niet waar
Ze zet een plaat op Ze zingt zo hard ze kan mee Omdat ze zeker weet Straks zijn ze met z'n twee
En tegen haar gewoonte in Drinkt ze een glas wijn Ze zet de fles weg, want als hij komt Wil ze niet dronken zijn
En binnen op de bank rekt de kat zich uit De hond blaft weer en een kerkklok slaat Allemaal bewijzen van hetzelfde voor haar Het is niet waar, het is niet waar, het is niet waar
Ze gaat alvast naar bed Ze laat het licht aan aan zijn kant Want het is niet waar, nee Er is niets aan de hand
En als ze eindelijk slaapt Droomt ze zijn armen om haar heen Ze voelt zijn adem in haar haar Zie je wel, ze had gelijk Het is niet waar